Kurpfälzisches Museum

De geschiedenis van het ontstaan

De oorsprong van het Kurpfälzisches Museum gaat terug tot 1878. Charles de Graimberg was sinds 1810 geïnteresseerd in de geschiedenis van de Paltsdynastie en het kasteel van Heidelberg en had een omvangrijke collectie aangelegd. Dit bestond uit schilderijen, documenten, grafische afbeeldingen, medailles, munten en wapens, maar ook uit porselein van de Frankenthal-fabriek en beeldhouwwerken. In 1878 kocht de stad Heidelberg deze collectie op. In 1908 werd het Kurpfälzisches Museum van het kasteel van Heidelberg overgebracht naar het Palais Morass, dat dateert uit 1712, en geopend als de "Städtische Kunst- und Alterthümersammlung". Intussen was de collectie aanzienlijk gegroeid als gevolg van talrijke archeologische vondsten. Daartoe behoorde vooral de ontdekking van de overblijfselen van de Romeinse Neckarbrug. In 1991 werd het nieuwe gebouw geopend, dat het oude en het nieuwe museumgedeelte met elkaar verbond. In 2002 werd het "zilverwerk" van de keurvorstin Elisabeth Augusta door het keurpaltsmuseum aangekocht als het enige volledig bewaarde zilverwerk uit de 18e eeuw dat aan de keurvorstin toebehoorde.

De afzonderlijke afdelingen

De reis door de tijd in het keurpaltsmuseum begint in het Palais Morass met zijn gevarieerde collecties en gemeubileerde stijlkamers direct achter de barokke boog. De afdeling Archeologie presenteert de prehistorie en de vroege geschiedenis, alsmede de "Homo erectus Heidelbergensis" op ongeveer 1500 vierkante meter, verdeeld over zeven zalen op twee verdiepingen. Een levensgroot diorama illustreert het dagelijks leven van een neolithisch gezin. Talrijke vondsten uit de bodem van Heidelberg onderbouwen de respectieve perioden, die teruggaan tot de bloeitijd van de keurvorstelijke Palts. Eén focus ligt op de Romeinse periode. De 4000-jarige geschiedenis van de Heiligenberg wordt in een aparte zaal gepresenteerd. In de afdeling schilderkunst worden voornamelijk werken van regionale kunstenaars uit de 15e tot de 20e eeuw tentoongesteld. Talrijke schilderijen en beeldhouwwerken uit de 12e tot de 20e eeuw zijn verspreid over het Kurpfälzische Museum en begeleiden de bezoeker door de respectieve tijdperken. De afdeling grafische kunsten bezit ongeveer 7.000 aquarellen en tekeningen, alsmede 13.000 prenten. Ze worden vaak alleen in speciale tentoonstellingen gepresenteerd. De uitgebreide collectie van de kunstnijverheidsafdeling bevat medailles en munten, maar ook glas, Frankenthal porselein en meubels. Sinds 2002 omvat zij ook de textielcollectie, die in 1978 door Max Berk werd opgericht. De geschiedenis van de stad Heidelberg wordt verteld vanaf de Middeleeuwen tot in de 20e eeuw.